Hilversum is omringd door beschermde natuurgebieden en ontleent daaraan zijn bekendheid als aantrekkelijk woonoord in de randstad, als de “tuin van Amsterdam”, in de “metropoolregio van Amsterdam” zoals het tegenwoordig heet.
In deze gemeente zijn sinds de late 19e eeuw villaparken aangelegd en verrezen sinds Dudoks komst in 1915 als directeur Publieke Werken, arbeiders- en middenstandswoonwijken en bijzondere openbare gebouwen die voor een groot deel als “jong monument”(periode 1850 – 1940) een beschermde monumentenstatus kregen. Met uitzondering van het tot verkeersinfarcten leidende wegenpatroon en een enkele herbestemde boerderij of verbouwde boerenwoning, lijkt het agrarisch verleden uit de mediastad Hilversum weggepoetst. Of toch niet?
Architectuurhistoricus en erfgoeddeskundige Irmgard van Koningsbruggen neemt u in deze lezing van woord en beeld mee naar de periode rond 1900 toen stedelingen met nieuwe ogen naar het landschap en de boerderij gingen kijken. Die nieuwe kijk was niet exclusief Hollands maar internationaal en werd verspreid via de nieuwe media, de vaktijdschriften en die van de commerciële vrije tijds industrie. De eenvoudige boerenwoning en het “natuurlijke” landschap werden zo inspiratiebron voor eigentijdse architectuur, tuin- en stedenbouw, veel meer en veel ingrijpender dan u op het eerste gezicht denkt. Zo kwam het ruimtelijk erfgoed van nu tot stand dat soms onder druk staat maar tegelijkertijd springlevend is en waarop het heden voortborduurt. De lezing van deze avond gaat over erfgoed, over de betekenis van architectuur, landschap en geschiedenis voor het karakter, het eigene, of het dna van de plek.
Datum: 27 februari 2018
Aanvang: 20.00 uur, zaal open 19.30 uur
Locatie: nog onbekend